Naast een expositie van dieren, waar ik zelf ook aan meedoe, was er op woensdagmiddag 18 oktober 2023 ook een voordracht met mijn muziekbegeleiding voor kinderen. Een verhaal dat bewerkt was door actrice Anita, werd samen met een andere actrice voorgedragen. We hebben hier met zijn drieën een beetje voor geoefend. Hieronder een 13 tal aantekeningen voor wanneer ik muziek moest inzetten bij de Beestenboel op 18 oktober 2023 


1) Een oud verhaal over twee jonge mensen, sprekende dieren en
dansende bomen: Orpheus en Eurydice

 “Heb je het gehoord?”    “Wat?”  “Wat er toen gebeurd is met Orpheus en Eurydice!”
“Orpheus, Eurydice… ja, ja, even denken…”  “Orpheus die zo verdrietig was. Het was in de tijd toen de dieren nog met elkaar spraken …. Ze zijn toen om hem heen gaan zitten en vertelden verhalen om hem te troosten, blijer te maken…”  “Neee… (ongelovig). Zitten ze daar nog altijd?  Nu herinner ik me het weer …” Lang geleden stond een sterke, jonge man op een berg en hij keek uit over het land. Hij voelde zich vrij en blij! Zijn naam? Orpheus! Orpheus, een bijzondere naam.Dan moet hij wel bijzonder zijn. En dat was hij.

2) HIER BEGINNEN MET ZACHTJES SPELEN: Ik ben Orpheus, zei hij.
Mijn stem is als mooie muziek. Als ik zing en speel met mijn harp betover ik iedereen, grote mensen, kinderen, dieren, zelfs planten en bomen … TOT HIER AAN TOE

Ze verstaan elkaar, ze praatten met elkaar.-  Zoals de langzame schildpad. - het wilde paard met vleugels - de mekkerende geit -  de brullende leeuw -  het huppende konijn -  het piepende muisje dat alleen maar knaagt -  de zzzzzzzzoemende vlieg  -  de inktvis met zijn vele armen - de zwarte vogel – is het een kraai “kraaaaaaa!” - de zwarte kat - de kwakende kikker, die …. heel misschien verandert in een prins of prinses … - de rustige dromedaris met zijn ene bult - de sissende ssssslang – wegwezen! - de trouwe waakhond – de fladderende beeldige vlinder – van bloem naar bloem … - wijze uil - grote olifant die nooit iets vergeet - de vis, blub blub - de toverachtige libelle - ach en …  de vrolijke dolfijn …                                                                                                           

Orpheus was de zoon van een koning en hij was net terugkomen van een heel moeilijke reis vol avonturen. Hij was blij dat hij weer thuis was in zijn mooie land, Griekenland. Hij ging naar de bergen. Daar waren de herders en herderinnen die zorgden voor de schapen. Het was er heel mooi en het rook er heerlijk naar bloemen en planten. Orpheus speelde op zijn harp en hij zong.  na deze zin,  weer

3) beginnen: Wie dat hoorde, werd stil, heel stil, zo mooi was het.Ook de dieren luisterden. Niet alleen de koeien en de geiten, maar ook de wilde dieren stonden stil. Ze vergaten dat ze andere dieren wilden opeten; ze vergaten gevaar. Prachtig die mooie muziek over de bergen

… Als Orpheus liep over het bospad terwijl hij zong, volgden de wolven en beren hem. Ze slopen tussen het groen, tussen de struiken. De kleine dieren, zoals de egels en konijnen, hoefden niet bang voor Orpheus of de grote dieren te zijn. Ze liepen vlak achter hem aan en de vogels vlogen om hem heen en wipten van tak naar tak. Nee maar … zelfs de bomen stopten met hun bladeren te laten ruisen
… Ze luisterden. Zachtjes gingen ze statig heen en weer op de muziek en heel soms kwamen de bomen van hun plaats omdat ze wilden dansen, een plechtige rustige dans die ook vrolijk was. Dansende bomen, zien jullie het voor je. Wat zal dat een mooi gezicht geweest zijn! In Griekenland staat nog altijd een groep bomen bij elkaar waaraan je kunt zien, welke dans ze lang geleden hebben gedanst! Nu zijn er geen bomen meer die dansen. Dat gebeurde alleen toen Orpheus voor hen speelde …

4) Eurydice THEMA-SPEL Jammer! Maar de bomen weten het nog, en de dieren ook; alleen vertellen ze het ons niet …

 Op een dag zag Orpheus een meisje dat hij niet kende tussen de andere herderinnen. Ze was anders vond hij. Ze zag eruit als een elfje. Hij zag niet alleen vlinders tussen de bloemen maar hij voelde ook vlinders in zijn buik. Dat gevoel heb je als je … verliefd bent. Hij had wel meer vriendinnen gehad, boselfjes of herderinnen. Maar dit was anders! Hij liep naar haar toe:  “Hoe heet je?”

5) Eurydice THEMA-SPEL (klein lieflijk spel)....  “Euridice”, antwoordde ze verlegen en ze draaide zich om. “Euridice, Euridice,” zei hij weer … Haar naam klonk als mooie muziek.  Maar Eurydice vond hem maar niks, nee, ze liep steeds weg als hij naar haar toe wilde gaan. Ze vond dat hij rare dingen zei. Hij wilde altijd bij haar blijven, zei hij! Orpheus was daar verdrietig over. Op een avond speelde hij op een stille plek in het bos op zijn harp. Er was niemand, dacht hij, en hij kon alleen maar aan Eurydice denken... “Euridice, Euridice,” zong hij. Hij speelde voor de dieren en de planten, maar er was nog iemand die stiekem vanachter een boom luisterde

6) Eurydice THEMA-SPEL … Eurydice… Ze kreeg tranen in haar ogen. Ze kon horen wat hij met zijn muziek aan de dieren en planten vertelde. Hij vertelde, dat hij de vogels niet meer kon horen zingen, ook het water in de beek hoorde hij niet. Sorry, zei hij, dat ik jullie niet meer kan horen omdat ik me alleen en verdrietig voel. Ik zie de kleuren van de bloemen niet meer. Alles is donker en grijs. Ik houd van haar, Eurydice, maar het kan niet … En ik wil zo graag bij haar zijn… Toen kwam Eurydice voorzichtig achter de boom tevoorschijn en ze liep zachtjes naar Orpheus toe. Ze pakte zijn hand en er sprong een warme vonk over!

7)KLEINE SCHOK KLANK! 

Zij vond Orpheus nu ook aardig en ze wilde heel graag en veel bij hem zijn…
Iedere dag samen was mooi. Ze lachten, maakten muziek, de dieren stonden stil en de bomen dansten.

8) Eurydice THEMA-SPEL
Tot die ene dag. Euryidice was met een paar vriendinnen bloemen aan het plukken hoger op de berg. Orpheus was aan het werk op het land. Hij plukte druiven van de bomen. Opeens zag hij een van de meisjes naar beneden hollen. Eerst hoorde hij het niet goed. “Orpheus, Orpheus, snel … Eurydice, een slang!” Orpheus was al weg. Hij sprong van steen naar steen tegen de berg op! Daar zag hij Eurydice liggen in het gras. Ze bewoog niet. Een slang had haar gebeten in haar voet. Ze had één vreeslijke schreeuw
gegeven: “Auuuuu!” En was in elkaar gezakt. In die tijd was een slangenbeet gevaarlijk. Nu heb je medicijnen ertegen. Je krijgt een prik: penicilline. Toen niet. Orpheus nam haar in zijn armen, maar Eurydice zei niets meer. Haar ogen keken niet meer. Ze was weggegleden naar het rijk, het land van de doden …. Ze werd begraven.

9) TREURMUZIEKJE-KORTE INDRUK SOLO ... Orpheus pakte zijn harp en ging weer op reis. Wat moet hij anders. Helemaal naar de rand van de Aarde, naar een dicht, donker bos waar het altijd mistig was. Daar aan de andere kant van de rivier was het land van de doden. Orpheus was niet bang. Hij wilde naar Eurydice toe. Er lag een boot met een boze, gruwelijke man Charon die iedereen tegen hield: ‘Ga weg!” schreeuwde hij. Maar Orpheus pakte zijn harp en begon te spelen en te zingen: 

10) SPELEN (VOL VAN VERLANGEN-LANGZAAM)  Hij dacht aan Eurydice, verlangde naar haar: “Eurydice, Eurydice…” Charon begon te huilen. De tranen biggelden over zijn wangen. Hij nam Orpheus mee in de boot en roeide met grote slagen naar de overkant. Orpheus bleef zingen: “Eurydice, Eurydice…

Aan de overkant stond een enorme hond vreeslijk te grommen, Cerberus! “Grrrrrrrr, grrrrrrrrr!!” Maar hij hoorde het gezang van Orpheus en begon te janken, huilde …. bleef stil staan en liet Orpheus voorbijgaan. Zo kwam Orpheus bij de grote, belangrijke Hades, het opperhoofd van het land van de doden. En weer zong hij over zijn liefde voor Eurydice: “Geef me alstublieft haar mee. Ik wil haar meenemen naar het land van de zon, van de warme Aarde?” Hades luisterde en keek alleen maar met een gefronst voorhoofd: zo (voordoen). En opeens stond achter Hades Eurydice

11) …NU ALLEEN TOKKELEN... nou ja ze was vaag. Je kon haar bijna niet zien, een schim, maar hij zag haar en zijn hart maakte een verliefde sprong. Ze lachte even toen ze Orpheus zag. Hades zei: “je mag haar meenemen. Ze zal achter je aan lopen, maar… je mag niet omkijken. Als je maar één keer omkijkt zal ze het zonlicht nooit zien!” En ze liepen, ze liepen, ze liepen terug naar het land van de zon. Voorop Orpheus, daarachter zonder geluid Eurydice… Ze kwamen bij de roeiboot van Charon. Orpheus ging op de boot staan met zijn rug naar Eurydice … De hele lange weg dacht hij: “Niet omkijken, niet omkijken, niet omkijken!” Hij wilde haar zo graag zien, maar hij deed het niet; hij keek niet om. En zo liepen ze in de tunnel naar boven, naar de warme Aarde. Orpheus ging denken, twijfelen: “Ik hoor niets achter me. Ze is er toch nog wel? Zal ik heel even kijken? Ik hoor geen steentjes, geen takjes kraken, geen voetstappen, niets ….” Hij was ongerust. “Was ze er nog wel?” Eindelijk zag Orpheus een klein beetje licht … “Ha, ze waren er bijna… Maar waarom was ze zo stil? Ademde ze niet?” En even, heel even, draaide hij zich half om. “Ja, daar was ze!!” dacht Orpheus gelukkig. En daar ging ze … alsof ze werd weggezogen, alsof er aan haar getrokken werd… omlaag de tunnel weer in… Hij probeerde haar nog te grijpen… Hij kon haar bijna niet meer zien en hoorde nog heel zachtjes: “Orpheus ……”

Haar stem stierf weg. Doodstil, versteend stond Orpheus te kijken naar de lege plek.

12) EVEN STIL HOUDEN EN DAN TOKKELEN  Hij liep alleen verder naar het licht, naar de warme Aarde. Daar ging hij zitten in een open plek van dat diepe bos. Alleen en intens verdrietig. Alle dieren, de grote en de kleine, zaten om hem heen. En de vogels hipten van tak op tak: de langzame schildpad het wilde paard met vleugels de mekkerende geit - de brullende leeuw - het huppende konijn - het piepende muisje dat alleen maar knaagt - de zzzzzzzzoemende vlieg - de inktvis met zijn vele armen - de zwarte vogel – is het een kraai “kraaaaaaa!” - de zwarte kat - de kwakende kikker, die …. heel misschien verandert in een prins of prinses … de rustige dromedaris met zijn ene bult de sissende ssssslang – wegwezen! - de trouwe waakhond de fladderende beeldige vlinder – van bloem naar bloem … -  wijze uil grote olifant die nooit iets vergeet de vis, blub blub - de toverachtige libelle ach en … - de vrolijke dolfijn …

Wie weet zitten ze daar nog. De bomen, planten, de dieren vertellen dit verhaal door en andere verhalen om Orpheus te troosten. De harpmuziek klinkt in hun oren. Wij kunnen dat niet horen. We kennen wel dit mooie verhaal van de liefde, het houden van, wat blijft en de muziek. Overal ter wereld luisteren we naar de muziek of mensen maken tekeningen van Orpheus en Eurydice van de dieren ... Zo leven Orpheus en Eurydice toch gelukkig verder.

13) SPELEN OP DANS

 

Hieronder een kleine beeldregistratie die ik tijdens het tweede gedeelte van de kinderactiviteit met een paar collega's verzorgde.

 

Hieronder een paar bewegende beelden:

https://www.youtube.com/watch?v=DhA0jbn5Jo0 

Beestenboel 5
https://www.youtube.com/watch?v=DhA0jbn5Jo0

https://www.youtube.com/watch?v=gC8dbwiOCDU 

Beestenboel 4
https://www.youtube.com/watch?v=gC8dbwiOCDU

 

https://youtu.be/I4tdgvBC8fI 

Beestenboel 3
https://www.youtube.com/watch?v=89KEZEV4OZ4

 

https://www.youtube.com/watch?v=f4ggdARee0I 

Beestenboel 2
https://www.youtube.com/watch?v=f4ggdARee0I

https://www.youtube.com/watch?v=YL7ydg67Kzw 

Beestenboel 1
https://www.youtube.com/watch?v=YL7ydg67Kzw